Niet-communicatief
Geplaatst: 11 sep 2015, 21:56
Niet-communicatief
Taal heeft intuïtief gezien slechts een functie voor communicatie, het overbrengen van wilsvoorstellen bijvoorbeeld. Ik denk dat taal ook een niet-communicatief deel heeft, dat misschien oorspronkelijk wel het belangrijkste was, vergelijkbaar met proto-vleugels voor koeling van het lichaam.
Het idee is dat taal een ordenend principe is voor de geest. Ordenende principes voor de geest of het denken zijn of waren nuttig voordat taal de externe communicatie ging overheersen. Taal was er, en is er misschien voor andere soorten, intern, en is pas later geexternaliseerd.
Als ordenend principe gaat taal om zaken als herkennen van gemoedstoestanden, waarbij men de “zaken op een rijtje” krijgt, in de betekenis van zodanig de emotie een plaats geven dat beschouwing mogelijk wordt. Het beschouwelijke aspect kon gelden, en is misschien nog steeds aanwezig als ordening van “zaken”. Hoewel externe communicatie niet in alle gevallen zelfstandige “zaken” als eenheid heeft, kan een beschouwing vaak niet anders dan resulteren in telbare eenheden. De aanvang van het calculerende, waaruit de geest of het denken zou bestaan, zit in het ordenende principe van interne taal.
Ordening, net als koeling (via proto-vleugels), is in eerste instantie iets lichamelijks, en daarmee is taal iets lichamelijks. Ordening hoeft niet zozeer een lichamelijke equivalent te hebben (zoals zweten voor koeling) maar kan, net als wapperen met vleugels, wel een lichamelijke uitwerking hebben vanuit actie. Zoals de vleugels de vogel het luchtruim heeft gebracht, heeft communicatie de mens techniek gebracht.
Het babbelen bestaat echter nog steeds, kinderen brabbelen, en daarmee zie je ordenende principes aan het werk.
Taal heeft intuïtief gezien slechts een functie voor communicatie, het overbrengen van wilsvoorstellen bijvoorbeeld. Ik denk dat taal ook een niet-communicatief deel heeft, dat misschien oorspronkelijk wel het belangrijkste was, vergelijkbaar met proto-vleugels voor koeling van het lichaam.
Het idee is dat taal een ordenend principe is voor de geest. Ordenende principes voor de geest of het denken zijn of waren nuttig voordat taal de externe communicatie ging overheersen. Taal was er, en is er misschien voor andere soorten, intern, en is pas later geexternaliseerd.
Als ordenend principe gaat taal om zaken als herkennen van gemoedstoestanden, waarbij men de “zaken op een rijtje” krijgt, in de betekenis van zodanig de emotie een plaats geven dat beschouwing mogelijk wordt. Het beschouwelijke aspect kon gelden, en is misschien nog steeds aanwezig als ordening van “zaken”. Hoewel externe communicatie niet in alle gevallen zelfstandige “zaken” als eenheid heeft, kan een beschouwing vaak niet anders dan resulteren in telbare eenheden. De aanvang van het calculerende, waaruit de geest of het denken zou bestaan, zit in het ordenende principe van interne taal.
Ordening, net als koeling (via proto-vleugels), is in eerste instantie iets lichamelijks, en daarmee is taal iets lichamelijks. Ordening hoeft niet zozeer een lichamelijke equivalent te hebben (zoals zweten voor koeling) maar kan, net als wapperen met vleugels, wel een lichamelijke uitwerking hebben vanuit actie. Zoals de vleugels de vogel het luchtruim heeft gebracht, heeft communicatie de mens techniek gebracht.
Het babbelen bestaat echter nog steeds, kinderen brabbelen, en daarmee zie je ordenende principes aan het werk.