In de Schaduw van de Reus

Deel je diepste gedachten en laat ons meedenken...
Gesloten
Gebruikersavatar
Sado
Posts in topic: 1
Berichten: 119
Lid geworden op: 26 feb 2008, 01:22
Contacteer:

In de Schaduw van de Reus

Bericht door Sado » 01 mar 2009, 18:42

"Travel is a fool's paradise. We owe to our first travels the discovery that place is nothing. At home I dream that at Naples, at Rome, I can be intoxicated with beauty and lose my sadness. I pack my trunk, embrace my friends, embark on the sea, and at last wake up in Naples and there beside me is the Stern Fact, the Sad Self unrelenting, identical, that I fled from . . . My Giant goes with me wherever I go." - Ralph Waldo Emerson

"Dying is nothing. You have to know how to disappear... ...To disappear is to pass into an enigmatic state which is neither life nor death."
- Jean Baudrillard

Je moet weten hoe je kunt verdwijnen. Maar enkel verdwijnen, als in, verloren raken voor anderen, is niet genoeg, kan nooit genoeg zijn: je moet zelf kunnen verdwijnen, je persoonlijkheid, je bewustzijn, je rauwe, constant narritiverende zelf, deze moet verdwijnen. De dood is tè goedkoop, afhankelijk van simpele biologische determinatie, een consequentieloze schakel in de ketting: wie sterft zonder ooit te zijn verdwenen heeft nooit werkelijk geleefd. Mens-zijn is leren te verdwijnen, leren jezelf te kunnen nihileren en zo te transcenderen, nee, te descenderen, terug naar de 'roots', naar de fase van het ongepoleiste, ongestructureerde en ongesocialiseerde zijn, voorbij de spiegelfase, het liefst, een ommekeer, een terugreis, om van daar uit op te stijgen, jezelf opnieuw vorm te geven, een persoonlijke renaissance. Jezelf blootstellen aan het onbekende, aan de grillen van het lot, vertrouwen op het goede geluk: het is een terugwerping tot het primitieve, het nomadische, een ontkoppeling van de sociale en infrastructurele moderne netwerken, waarin je met mobiele telefoon en snelweg direct met elkaar in contact staat en er sprake is van een overbevolking op het psychische niveau (niet eens persé het ruimtelijke niveau, omdat het ruimtelijke een steeds kleinere rol speelt in het moderne leven: de ruimte is enkel de fysieke manifestatie van de leegte, van het niets, tussen de terminalen, de stations, de werkruimtes; ze kan als zodoende enkel indifferentiatie oproepen, verveling, een indringend gevoel van nutteloosheid en archaische banaliteit - herinneringen aan de inherente nutteloosheid van het drie dimensionale bestaan, zo confrontationeel, dat we haar hebben bedolven onder het artificiele en pilaren van betekenis zoals reclame).

Het verschil tussen toerist en de reiziger is allicht vrij makkelijk te onderscheiden. De toerist is passief; dingen moeten hem overkomen, de reiziger is actief; hij zoekt de dingen zelf op. Een goede reis kenmerkt zich, meen ik, door jezelf te 'droppen' op een onbekende plek, waar je zo min mogelijk van weet, waar je geen echte houvast hebt, je de taal niet spreekt, jouw talen niet gesproken worden, kortom, een complete afbraak van situationale garanties die je thuis wel hebt. Het moet vóórbij je imaginatie liggen, het moet zijn zoals het verschil tussen Derrida's toekomst enerzijds, en Toekomst anderzijds: de toekomst is wat je denkt dat ze zal zijn, een projectie, een berekening, een staat-van-zijn die bij realisatie hooguit met enkel wat variabelen varieert van de voorspelling. De Toekomst, echter, is het radicaal onbekende, hetgeen voorbij de verbeelding ligt, wat niet op voorhand kan worden bedacht, kortom, de pure gebeurtenis in al zijn onaantastbare Echte naaktheid. Baudrillard reageert uiteraard uitermate skeptisch op het idee van reizen in de wereld beheerst door de allesverslindende simulatieve inktvlek die alleen de verste dieptes van het universum ongemoeid heeft gelaten, en zelfs daar valt in alle pessimisme over te twijfelen. De meest duidelijke in-your-face manifestaties hier van zijn de resorts, in Turkije, in Spanje, waar je heen reist (helaas, immers, 3 uur vliegen is wel erg lang!), maar waar iedereen jouw taal spreekt, waar je op je wenken wordt bediend alsof we nog leven in het Victoriaanse tijdperk, alsof we sinds het Victoriaanse tijdperk en haar parallel lopende industrialisatie haar nooit meer hebben verlaten en toen het doek van de simulatie over ons hebben laten vallen, en sindsdien het niet los kunnen laten dat de wereld allicht niet meer eurocentrisch (of misschien liever; anglocentrisch) is; een geopolitieke oorzaak van het ontstaan van de simulatieve logica. Allicht één van de drijfveren van het modern imperialisme? Paniek onder de Europese machthebbers, vandaar het 'beschavingsoffensief' in Afrika - alles onder te brengen onder het domein van het zichtbare, oftewel, simpelweg productie van het onbekende, het in kaart brengen van de wereld, om haar zo te kunnen onderwerpen. Het is in dit opzicht natuurlijk interessant dat er in dit industriele tijdperk zo'n romantisering was in Engeland van het simpele boerenbestaan, iets waar Victoriaanse romans hevig mee zijn doorspekt, bijvoorbeeld Bronte's Wuthering Heights, die niet alleen de rauwe passie tussen twee mensen demonstreert, maar ook de setting waarin dit gebeurd sterk romantiseert, en eigenlijk aangeeft dat deze setting per definitie alleen een afgelegen gebied als de moors kan zijn. Subtiele is natuurlijk dat juist de resorts de ideologische ondertoon verraden van menig westers persoon: het is de utopie waar we in eigen land ook trachten naar te streven, maar wat mislukt, simpelweg door de onmacht van het streven de buitenstaander te integreren, in de hoop dat deze net als ons wordt (een soort verkapt en passief-agressief nationaal-socialisme, dus, wat zich op meerdere sociale vlakken begint te manifesteren). De perfect geintegreerde Turk is dan juist de Turk die zelf naar een resort in Turkije afreist om daar door zijn eigen volksgenoot op wenken te worden bediend. Is dit dan het postmoderne imperialisme? We gaan niet langer meer naar de barbaren toe, maar halen ze naar ons toe, onderwijzen ze als het ware, en eisen dan dat ze terug gaan naar eigen land, om daar de westerse idealen te verspreiden? Het Turkse voorbeeld zou dan in dit opzicht slagen bij succesvolle toetreding van Turkije tot de EU: de integratie van een volledig land. Maar is de natie, en vooral een natie als Turkije, geen denkbeeldig iets? Zijn er niet zoveel verschillende volkeren, is er niet sprake van zo'n verregaande miniaturisatie, dat feitelijke integratie van elk individu op zich niet altijd gedoemd is te falen? Juist Turkije kent een geschiedenis van destructief nationalisme; onder haar invloeden viel het gehele Ottomaanse Rijk uit elkaar. En het duurt voort: de Armeense kwestie is ook nog verre van opgelost. Misschien juist dat daardoor het prospect van toetreding tot de EU zo dringend is: het geeft de illusie een Europese mogendheid te zijn, wat dan zou inhouden dat men het niveau heeft bereikt van een Frankrijk, of een Engeland, maar ook dit is slechts schijn. Parijs kampt immers nog steeds met irrationele haarden van geweld, kennelijk door 'burgers' die zich geen burger voelen, maar minder dan dat, en die naar geweld grijpen om te trachten een identiteit af te dwingen, wat op zich geen nieuwe fenomeen is. Het probleem is hier de reductie tot een Islamitisch probleem, wat het niet is. Op zijn best is dit soort irrationeel geweld, net als terrorisme, een contemporiare partner van het globalisme, zoals Baudrillard aangeeft in zijn 'The Spirit of Terrorism'. De ster die onder zijn eigen zwaartekracht ineenklapt door een tè rapide expansiedrang, een die uit controle knalt die exponentieel is, en zelfs altijd machtiger zal blijven dan de orde die haar vernietigt. Enerzijds is er de drang tot centralisatie, maar ook de drang tot particularisme, als de dans van de liefde waarbij paren elkaar respectievelijk aantrekken en afstoten. Als één van de twee krachten overwint, stort alles in - dan verdwijnt het spanningsveld, dan verdwijnt de passie, dan dooft de vlam.

Het is onmogelijk aan de zelf te ontsnappen. Je reist, je gaat verder, je probeert dingen achter je te laten voordat ze je bekend worden, want als ze bekend worden, is het te laat: dan heeft de aantrekkingskracht van een plek je in zijn greep. Al die vreemdelingen die zich beurtelings aanbieden, die alternering van verschillende mensen... Alleen de vreemdeling is werkelijk de moeite waard om te leren kennen - tot je ze kent. Een naam is al genoeg. Het is beter om elkaars naam niet te kennen. Introducties moet je overslaan: je moet ze bewaren tot het einde. Er is een drang tot netwerken, net als je thuis doet. De e-mail van ieder maar vragen en opschrijven, want de herinnering is niet genoeg, haar nostalgie is ondraagbaar: we willen de vreemdelingen kunnen materialiseren als weer thuis zitten, als we weer een beetje voor ons uit zitten staren. We vergeten dat het avontuurlijke, het geweldige van iedere dag nieuwe mensen hetgeen is dat elk van deze personen zo interessant maakt, het is allemaal puur situationeel, want als zij ook weer thuis zijn, dan zijn ook zij slachtoffer van de normaliteit. Er is de drang om steeds weer een ander te zijn, net als de virtuele identiteiten die je hebt, wanneer je thuis deel uitmaakt van het netwerk, aangesloten op iedereen om je heen, maar feitelijk compleet en genadeloos geisoleerd, vast in een onmenselijk lot van elke dag maar weer hetzelfde, van het hiernogmaals, van het onromantische, de onmogelijkheid tot escapisme. Als reiziger BEN je iets: je bent reiziger. Er is niets simpelers dan dat - het is een excuus dat goed genoeg is. Het is juist belangrijk de nutteloze bezigheid van het reizen niet teveel op te hemelen tot iets wat meer is dan het is - een snelle opeenvolging van nieuwe impressies, afgewisseld door momenten van gigantische verveling. Precies dát is het: de ontkenning van het framework dat je hebt om alles maar betekenis te geven. De ontkenning van het levensmotto van de westerse mens: dat je leeft, om te leren. Wat een idiotie, wat een walgelijk iets, het idee dat alles maar een leerproces moet zijn, een opvatting van een generatie wiens levens enkel hebben afgespeeld binnen de muren van een leerfabriek! Dat alles maar functioneel moet zijn, dat je altijd maar met een nuttige taak bezig moet zijn... Die drang, die overmeestert je. Het is bijna onmogelijk om gewoon nutteloos te zijn, om gewoon puur mens te zijn, om het allemaal gewoon te nemen zoals het is, en het daar dan bij te laten. De mens die dit niet kan loslaten, wordt buiten de westerse landen doorgaans geconfronteerd met mensen die in zijn optiek gigantisch lui zijn. Maar is dit niet enkel omdat ze geen schakel zijn in een gigantisch systeem? Juist omdat zij nog op zichzelf leven, in landen waar je als bewoner toch al niets te zeggen hebt en er nauwelijks sprake is van sociale mobiliteit? Het is juist het democratische dat het zo verschrikkelijk maakt, juist het hebben van rechten en plichten, van verantwoordelijkheid tegenover een collectief waar je niet of nauwelijks iets mee hebt, het uiteenvallen van de traditionale steunpilaren, familie, religie - je kent je medemens enkel nog aan de hand van een @hotmail adres, of een mobiel nummer, die in alle anonimiteit louter met je communiceren, en niets dieper dan dat... Het is de koude communicatie, de effectiviteit van de tekst, die de ruimte obsoleet maakt: het verlies van de ruimte is het verlies van het menselijke. De SMS vervangt de brief, en met welke prijs! De brief beantwoordde tenminste nog aan de wetten van het ruimtelijke, de brief moest de tijd door, die afstand overbruggen, men moest afwachten, anticiperen, hopen op een antwoord van de correspondent - men liep achter op de tijd in bepaalde evenredige correlatie met de afstand. Nieuws is precies datgeen wat al oud moet zijn, wat al reeds moet hebben geschied, om nog enige betekenis te kunnen hebben behalve de shock-value (misschien moet we hier een aparte categorie van maken, naast functionele/symbolische/zelf-verbeterende waarde ook de spectaculaire waarde?) er van; in de real-time nieuwsreportages moet het nieuws zelfs nog bijna gebeuren, het moet nog tot uitbarsting komen, manifesteren, maar wij zijn er sneller bij dan zelfs de tijd zelf. En zo maken we het nieuws doorgaans op niets meer dan eigen initiatief. Het nieuws is zó snel, dat het zelfs invloed uitoefent op die gebeurtenis die nog aan het gebeuren is. De kleinste tijdeenheid is voor de moderne mens de definitie van 'gebeurtenis': het is het precieze, exact moment in de tijd dat het vliegtuig rampzalig de grond raakt, dat de aardbeving begint, dat de bom afgaat, het exacte moment van beediging, het 'ja'... uitgestrekte gebeurtenissen, die heb je alleen in de geschiedenis. Nu moet alles niet te lang duren, want dat duurt allemaal te lang, daar is de tijd niet voor, zo lang mag een item niet duren. De live coverage dient er alleen voor om er zeker van te zijn dat het exacte moment van catastrofe wordt vastgelegd, in al zijn fragmentarische heerlijkheid - het moment van instorten van de Twins, het moment dat de racewagen explodeert, het moment dat de teller op 0:01 staat en de bom niet is afgegaan. Een exceptie wordt alleen gemaakt voor de zwaar benodigde catastrofe-op-de-achtergrond; de opwarming van de aarde, de economische crisis, maar zij zijn van nature vrijwel onschadelijk, ze hikken de hele tijd tegen het fatale aan, geven ons een belofte van radicaal Nieuws, van een wereld voorbij het spectakel, maar ze geschieden niet, zo barsten nooit in alle hevigheid los... Het enige wat we krijgen, is een nieuw nieuwslek, en daarmee houdt Boorstin's logica van pseudo-gebeurtenissen (die zelf ook een kritiek op de toerist en de toeristische bestemming omvat) al veertig jaar stand. Het systeem houdt zichzelf in stand door continue zichzelf uit te dagen, en wij kunnen enkel meespelen...

...En dan het aller ironische van het thuiskomen; dat wat jou niet is gelukt, was voor de anderen geen probleem: te leven, zonder jou. Het is niet zij die moeten vragen 'hoe was het?' (een verschrikkelijke vraag, de meeste verschrikkelijke - het is het tonen van geen enkele interesse, het is informeren naar iets waarvan het niet bestaat, het 'het'), maar juist jijzelf die hen moet vragen: 'hoe was het... zonder mij?'.

Van mijn blog op: http://sadocles.livejournal.com/

Gebruikersavatar
ziznl
Posts in topic: 1
Berichten: 2382
Lid geworden op: 11 okt 2007, 12:15
Contacteer:

Bericht door ziznl » 02 mar 2009, 11:48

Als ik dit lees weet ik potdomme niet of je nu juist datgene probeert te zeggen, waar ik het vreselijk mee eens ben, of dat je er NET langs fietst! Goed stuk dus!
Maar ik weet nog steeds niet of jij hier iets uitdrukt wat ik onderschrijf.

Tot op zekere hoogte ben ik het met je eens, dat je moet kunnen verdwijnen. Echter, ik vind eveneens dat dit verdwijnen niet tot doelopzichzelf verheven moet worden (een soort kapitalistisch westers verlicht boeddisme vind ik dat; het soort boeddisme dat dan in een esoterische ervaring met wierook etc.etc.en een juiste ambiance min of meer gepland beleefd kan worden) . Maar je maakt eigenlijk in je opening duidelijk dat je dat gevoel met me deelt, door te zeggen dat je op een reis erachter komt dat je jezelf hebt meegenomen. Maar dan laat je een volgende stap open. Alsof je dus nog radikaler moet gaan reizen, nog dieper jezelf moet uitwissen, FEITELIJK zeg je hier: NOG dieper in jezelf graven naar de allerdiepste verborgen waarheid - dat je niets bent - als een schat, die, eenmaal gevonden, alleen maar kan openspringen en waaruit je nieuwe waardevolle ornamenten kunt putten.

Daarmee is verdwijnen, totale zelfannihilatie dus een te verwezenljjken plannetje geworden. En een te verwezen plannetje is natuurlijk als koren op de molen van kapitalistische marketeers, die jou - tegen wederdienst, betaling, of whatever - wel flink de hand zullen rijken met het daadwerkelijke verwezenlijken van dit plannetje.

Maar ook dit heb je volgens mij wel goed doorzien. Ik vraag je echter, hoe gaan we verder: je zegt dat je als reiziger kunt gaan en als toerist kunt gaan, ik wil er nog een aan toevoegen die nog veel aktiever en nog veel minder vrijblijvend is, ga als zwerver! Gooi al je geld en al je bezit op straat, zelfs de zekerheid dat je vanavond al vreten en een warm bed zult hebben zul je moeten verlaten!!! Dan ben je zwerver. En dan ga je met open armen het leven tegemoet, want dan word je, zo denk ik, niet zozeer geconfronteerd met de verdwijning van jezelf, maar met de verdwijning en annihilering van al je uiterlijke en toekomstige zekerheden. JE zit dan zelf barstensvol met verlangen naar warmte, eten, misschien zelfs een knipoog of aandacht van iets of iemand. Een pijnlijk verlangen zelfs. En dan blijk je niet te bestaan uit NIETS, een positie die alleen maar te bereiken is door ALLES te bezitten en dus onverschillig kunt zijn ten aanzien van NOG meer(de kapitalistische droom) of door complete negatie van jezelf, waarbij de romantische zelfdoding natuurlijk het absolute nirvana is.

Ik geloof in zekere zin ook enorm in de aanvaarding van je zelf als commitment naar jezelf. HEt aanvaarden van je onmenselijke verlangens, het aanvaarden van de vaak beestachtige konsekwenties die dat heeft. Maar dat kan natuurlijk alleen door kleur te bekennen en je ergens aan te verbinden. Al is het maar het doorvoelen en beleven van je rouwe verlangens, die daarmee uitschreeuwen dat er IETS moet zijn dat BETER is dan dit verlangen. Er moet een VERVULLING zijn van dit pijnlijke verlangen. En het accepteren van het bestaan van die vervulling, verborgen bestaan, en dat je feitelijk die vervulling in eigen handen hebt, maar gewoon te dom, te hebberig, te ongeduldig, te arrogant of whatever bent om die vervulling te zoeken, dat je daarmee ook elke kans op vervulling weggooit.. Juist dit accepteren, en dat is het schijnbare tegenovergestelde van de verlossing van je verlangen door een verdwijning of negeren, is volgens mij waar je geen afstand van moet nemen, maar wat je juist moet benaderen.

Is ook niet het verdwijnen, een act van distantiering, van desinteresse, van tolerantie, van dood, van kille koude rationalisatie en berekening. En juist het verschijnen, zelfs, of juist het onvolkomen verschijnen, de ultieme act van leven, zin, beleving etc. Noodzakelijk echter is de acceptatie en niet-acceptatie van die onvolkomenheid van jouw verschijning. Daarvoor is een zwerver weer niet goed uitgerust, tenzij hij contact kan leggen met medezwervers, allemaal tegelijk lelijke spiegels van mijn eigen onvolkomenheid, en mooie toverspiegels, waarin ik machtiger en beter en meer volmaakt ben dan welke zwarte of witte prins dan ook.


En is in dit kleur bekennen, dit bevestigen van je eigen onvolkomen verschijning, dit bevestigd zien van je eigen onvolkomen verschijning in de bespiegelingen van anderen, dan niet juist de reden om toe te geven aan de drang om een herinnering mee te nemen van de ontmoetingen die je hebt gedaan, gekoppeld aan het verlangen om deze ontmoeting opnieuw in een toekomst leven in te blazen. Moet je deze drang en dit verlangen niet onderscheiden van de kille berekening van het netwerken. De drang en het verlangen die om een emailadres vragen zijn in uitvoering en verschijning natuurlijk niet te onderscheiden van de opportunistische berekening, die het emailadres alleen maar vraagt omdat het vrijbljvend is en altijd verzameld kan worden omdat het in de toekoomst misschien enig nut of enig geluk zal bieden.

Moet je nu dat emailadres maar niet vragen dan? En is de directe economie van drang/verlangen echt niet te onderscheiden van de indirecte economie van nut en geluk?

Ik denk dat het verschil er kan en moet zijn in de aanvaarding van onvolkomenheid en de aanvaarding van pijn en verlies als bewijzend voor het achterliggende verborgen geluk. Maar of het verschil er daadwerkelijk is? Is het geluk er uitsluitend en slechts in deze vorm, en kan het niet anders bestaan? De vorm van verborgenheid?

:greins: :greins:
NeoCartesiaan:
"Ik denk (mezelf), dus ik ben (een bedachte gedachte)."
"Ik spreek (tegen mijn begeerde geliefde), dus jij bent (een besproken sprookje)."
"Ik vecht (tegen mijn gevreesde vijand), dus jij bent (een omstreden strijd)."

Gebruikersavatar
Kiro
Posts in topic: 1
Berichten: 465
Lid geworden op: 18 jan 2008, 18:00
Contacteer:

Bericht door Kiro » 04 mar 2009, 10:41

Ik vind het een mooi stukje beschouwend proza. Een enigszins, hmm, wat is het woord... Melancholie is het niet echt, iets angstigs.
In ieder geval doet het alles nogal nietig of zinloos klinken. Zal wel geschreven zijn vanuit een diepgaande ervaring/gewaarwording? Hoe het ook zij, ik vind de punten die je aanhaalt herkenbaar.

We zijn uiteindelijk allemaal onze eigen allochtoon.
'Onsterfelijk zijn heeft niets om het lijf; met uitzondering van de mens zijn alle schepsels het, want zij weten niet van de dood af.'

Jorge Luis Borges

Gesloten

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 37 gasten