Wij hebben blijkbaar andere ideeën over jouw werkelijkheid.
Heb heb je wel eens nagedacht over de indoctrinatie-factor van jouw werkelijkheid?
Hebben jullie daar werkelijk andere ideeén over mijn werkelijkheid, of hebben jullie daar andere ideeën over werkelijkheid?
Het is mij bekend dat er andere ideeën zijn over mijn werkelijkheid.
Het gaat mij echter niet om mijn werkelijkheid het gaat mij om de betrouwbaarheid van de werkelijkheid en het verschil tussen werkelijkheden.
De 10 geboden heb ik altijd zo begrepen zoals iedereen, als regels van God van wat wel niet mag, wat wel of niet goed is.
Dit is voor mij veranderd omdat ik anders ben gaan kijken.
Daarmee wil ik absoluut niet beweren alle wijsheid in pacht te hebben het allemaal wel even te kunnen vertellen.
Wanneer je denkt dat ik in een illusie leef, geef ik je gelijk, want ik besef me dat alles wat ik nu zie en zeg hoe het in elkaar steekt gebaseerd is op illusie. Die illusie creëert wel een werkelijkheid.
Ben ik daarom gestoord of vertel ik iets wat onwaar is, of kan het zo zijn dat waarheid en werkelijkheid alleen maar door illusie kunnen bestaan.
Wanneer het bijvoorbeeld gaat over een vrouw die denkt met eendjes te kunnen praten en denkt anrtwoorden te krijgen. deze vrouw zit dan in een andere werkelijkheid die op dat moment echt is.
Het lijkt allemaal onzin en veelal wordt gezegt dat die vrouw dan gestoord is.
Is dit wel zo? Doet zij werkelijk iets wat onmogelijk is en niet kan in werkelijkheid.
Dat iets in werkelijkheidheid niet zou kunnen betekent dat de werkelijkheid vast zou liggen.
Wanneer iemand onder hypnose is en hem ingefluisterd wordt dat een veertje loodzwaar is en hij die niet van de grond krijgt, is dat op dat moment waar, en zijn veertjes loodzwaar en niet van de grond te tillen.
op dat moment is dat werkelijkheid.
In hoeverre kunnen wij dan bepalen wat werkelijkheid is en mogelijkheden van andere werkelijkheden uitsluiten wanneer we beweren dat onze werkelijkheid de werkelijkheid is?
Is hypnose of een psychose een afwijking van de hersenen, waarin een andere werkelijkheid voorgespiegeld wordt dan de werkelijkheid is, of is die werkelijkheid, waarvan we denken dat het werkelijkheid is een zelfde illusie?
Dat wat ik altijd gedaan heb is waarheid binnen de werkelijkheid proberen te vinden. de interpretatie van de 10 geboden was voor mij gelijk aan die van vele anderen dat het regels moesten zijn van god, omdat ik vanuit de werkelijkheid naar een mogelijke waarheid zocht.
Nu dat ik zoek naar andere werkelijkheden heeft het voor mij een andere betekenis, geeft het me heel andere antwoorden en inzichten en verandert de hele boodschap van de religie.
De interpretatie zoals ik hem geef verandert voor mijzelf heel veel in de essntie van de bijbel, het heeft niet alleen maar betrekking op die 10 geboden maar ook op de interpretatie van wat er verder allemaal geschreven staat.
Daarbij gaat het mij niet om mijn waarheid en werkelijkheid, maar om het effect van de andere interpretatie en wat dat met waarheid en werkelijkheid doet. De bijbel, het boek waar ik eerder van walgde en niet begreep, krijgt voor mij een heel andere betekenis, die ikzelf mooi vindt en wat naar mijn idee veel dichter bij dat wat ik me voorstel van het resultaat van het doel van religie
Is dit een illusie'? Ja absoluut, echter gelijk aan de illusie dat de 10 geboden de wetten van God zijn in wat wel en niet mag.
Met jouw interpretatie van werkelijkheid en hoe de tien geboden erin passen ... ben jij God?
Ik weet niet wat God is. Wanneer ik dat zou weten zou ik je kunnen antwoorden.
Ik besef me ten volle, wanneer ik deze vraag zou beantwoorden ik me eerst een beeld zou moeten vormen over dat wat God is. Is dat beeld juist of heb ik daarmee de illusie gewekt dat God bestaat.
Voorwaarde van iedere religie is het geloof.
De sleutel om in het koninkrijk van God te komen is het geloof, zoals christenen zelf beweren. Ik denk dat wanneer ik een sleutel pak van een geloof over wat God is, ik niet de ware God vindt, maar diegene die ik zelf gecreëerd heb en verblijf ik in het koninkrijk dat ik zelf gecreëert heb.
In principe zegt: "De sleutel om in het koninkrijk van God te komen is het geloof" precies hetzelfde als wat ik beweer over hoe de 10 geboden bedoeld zouden zijn naar mijn interpretatie. Dat het gaat om andere werkelijkheden. het koninkrijk van God is heel iets anders dan het koninkrijk der Nederlanden. En toch zijn we niet in staat om uit dat Koninkrijk der Nederlanden te komen, ookal gaan we geloven in God.
Hoe kan dat?
Wanneer het waar is dat wanneer je in god gelooft, je God ervaart, wat dan als afschildering van het koninkrijk van God geldt, wat maakt dan dat er behalve de aanwezigheid van die God niets veranderd, zoals ik dat zelf ervaren heb op jonge leeftijd. Klinkt het misschien logisch dat geloof niet alleen d sleutel is tot het koninkrijk van God, als werkelijkheid, maar dat ieder geloof werkelijkheid creëert en dat werkelijkheid eigenlijk alleen maar een reflectie is van het geloof en dat we met het zoeken naar antwoorden alleen maar dat tegenkomen wat we eigenlijk al geloven omdat we antwoorden zoeken in die werkelijkheid. In principe vinden we daarin alleen maar bevestiging in dat wat we geloven. en dit geloof heeft niets met God te maken, gaat niet over God, maar bijvoorbeeld wel over de kennis van het goed en kwaad.
Een ieder kan vlekkeloos aanwijzen wat goed en wat niet, maar is dat werkelijk zo, of is het slechts het bevestigen van het geloof dat goed en kwaad bestaat en geeft deze kennis van goed en kwaad een ander wereldbeeld een andere werkelijkheid weer dan een werkelijkheid waarin kennis van goed en kwaad niet gebruikt wordt?
Dat gebeurd, mijn werkelijkheid is anders vanuit andere overtuigingen, zonder een waardeoordeel te geven aan beter of slechter, niet bedoeld om anderen te overtuigen het zoals mij te moeten zien, alleen maar bedoeld om een andere werkelijkheid te laten zien, waarbij je kunt oordelen, zoeken naar waarheid door te refereren of mijn werkelijkheid waar is of gaan onderzoeken of het misschien waar zou kunnen zijn en waarom je eigen ideeën van werkelijkheid eigenlijk zo kunnen verschillen.Veelal hoop ik op het onderzoeken, helaas is het vaak het oordelen wat er gebeurd.
....... ben ik God.......
het enige wat ik weet ik dat ik mens ben, ookal vraag ik me soms af wat mens zijn is, dat het misschien niet gaat om het lichaam, maar over het bewustzijn, en wat dit bewustzijn dan is, mijn bedenkingen over wat leven is als element. Is dat element misschien de mens in dit lichaam?
Ik besef me ten volle dat ik slechts mens ben omdat ik aanneem dat ik mens ben. vanuit de overtuiging redeneer dat ik mens ben, maar misschien is zelfs dat een illusie.
Maar kan zonder illusie een werkelijkheid bestaan? En is misschien het beheersen van de illusie, het weten dat het allemaal illusie is een mogelijke oplossing om alles te veranderen.
Is het niet eenzelfde indoctrinatiefactor dat de werkelijkheid op waarheid berust, ookal is dit de mening van de massa? Gaat het wanneer het indoctrinatie factor kijken en zien, nog wel over vinden van waarheid, of houden we alleen maar vast aan onze eigen waarheid vanuit onze werkelijkheid?
Ik bedoel eigenlijk heel simpel de taal waarmee/waarvan we ons bedienen? En waarmee we via iets volstrekts abstracts, als lettertjes op een scherm, elkaar kunnen bereiken?
Of denk jij dat dat bereik er niet is? Dat het in het abstracte blijft en nooit werkelijkheid kan worden?
Zelfs niet van mens tot mens?
Dan moet je haast wel denken dat die geboden goddelijk zijn ... en taal ook.
Hoelang houden we ons, daarmee bedoel ik de mensheid al bezig met het gij zult niet stelen. reeds voor de jaartelling was het een probleem en dat is het nog steeds.
Hoelang houden we ons al niet bezig met gij zult niet doden, en het nog steeds aan de dagelijkse orde en bepaalde situaties maken dat we zelf, ookal willen we niet, geen andere keuze hebben dan iemand te doden.
Hoevaak is er na de tweede wereldoorlog al gezegt, nooit meer genocide, maar is het nog steeds aan de orde van de dag?
Het is gewoon een constatering van feiten.
Wat ik zie gebeuren is dat we reageren op elkaar, waarin eigenlijk beoordeling van het goede en het kwade een hele grote rol speelt.
Stelen is slecht, dus wanneer iemand steelt doet hij slecht.
Frappant is wanneer twee partijen tegenover elkaar staan, vertengenwoordigen zij beide vanuit hun eigen perspectief het goede en beide vanuit het perspectief van de ander het kwade.
bestaat er dan wel zoiets als goed en kwaad? is dat te definiëren?
Het wereldbeeld is al heel lang verstard, waardoor zichzelf de geschiedenis keer op keer herhaalt.
Een oplossing ligt niet in het veroordelen van mensen. wanneer dat zo zou zijn, hadden we dat idee die duizenden jaren allang ontdekt naar mijn idee.
Ik denk dat er veel meer een antwoord ligt in wat we doen als in dat wat we niet doen. Wanneer we echter in overtuiging blijven dat we goed doen en dat dit alles het resultatt is van wat we doen, dat we alleen maar in herhaling van de geschiedenis kunnen blijven.
Is het bereik dat we naar onszelf durven te kijken, voordat we ons oordeel uitspreken over een ander, denk ik dat we heel veel zouden kunnen bereiken.
Wanneer we echter niet naar onszelf durven te kijken en maar blijven proberen om dat wat we denken wat verkeerd is te voorkomen en te bestraffen, denk ik dat de geschiedenis zich alleen maar zal herhalen.
Nooit is tijdloos. Wanneer het verhaal over klimaatsverandering waar is, stopt het voor de mens misschien wel over 10/20 jaar. dan is er misschien wel sprake van dat we het nooit hebben bereikt. Voor hetzelfde geld bestaat de mensheid nog eens een paar duizend jaar of een paar honderd duidend jaar of zal de mens altijd blijven bestaan. Wat is nooit?
Hoe simpel is taal waarmee/waarvan we ons bedienen?
Wanneer ik het over een hond heb, hebben we het dan over dezelfde hond.
Taal is allesbehalve simpel want ieder woord moet in detail gedefinieerd worden om tot een zelfde beeldvorming te kunnen komen. in alles wat je vindt mot je eigenlijk uitleggen hoe je tot die beeldvorming komt, wanneer er verschil ontstaat, dan moet de luisteraar ook nog eens in staat zijn voorbij zijn eigen beeldvorming te kijken. taal is alles behalve simpel.
Je kunt het al zien n de twee reacties obver de 10 beboden waarin de geboden beschreven worden, hoe ingewikkeld taal en communicatie is.
Ongeacht welke van de twee waar is en werkelijkheid benaderd, maar wanneer we het over de tien geboden hebben, zonder van elkaar te weten hoe we deze 10 geboden interpreteren, hebben we het over totaal verschillende dingen.
Wanneer er dan gecommuniceert wordt over bijvoorbeeld het stelen, en dat je slecht zou doen of zijn wanneer je steelt, dan gaat het erover dat je mag stelen, maar niet aan een oplossing, waarom steel jij en wat kan ik/kunnen wij veranderen dat jij dat niet meer hoeft te doen.
Dan spreek je over het proberen elkaar te bereiken, het werken aan oplossingen. Met het bepalen dat stelen slecht is kom je niet verder dan de veroordeling. Wanneer je een gesprek in gaat met iemand, wat is de basis? Zoek je een antwoord of een bevestiging van het denkbeeld.
Met het laatste bereik je elkaar absoluut niet en vindt er alleen maar een verwijdering plaats. En dan doe je dat wat eigenlijk al bestond.
Wanneer is er sprake van bereik? Kan iemand iemand anders altijd bereiken? Of is daar iets anders voor nodig, zoals vertrouwen, veiligheid. Wat blijft erover van dat vertrouwen, wanneer het oordeelvan een ander al klaarligt. kan iemand iemand anders bereiken, zonder de persoon te leren kennen en het vertrouwen van respect te ervaren?
Hoe willen we andere bereiken wanneer we onszelf presenteren als goed en de ander als kwaad en ons profileren als meerdere?
bereik je een ander dan of overbluf je een ander?
Van mens tot mens kun je elkaar bereiken, in alle gelijkwaardigheid.
Maar gebeurd dat ook? Staan we toe dat mensen ons bereiken, wanneer ik bijvoorbeeld denk aan mensen die bij de voedselbank lopen, wanneer ik denk aan vluchtelingen die niet welkom zijn, of sluiten we ons daarvoor af en kijken we liever naar iets anders?
Is terrorisme niet het gevolg van nooit gehoord te worden en dan maar tot actie overgaan, in de hoop dat de boodschap dan duidelijk wordt? En zijn we niet vergeten dat we niet wilden luisteren, de ander niet konden of wilden bereiken daarin? Wat ons rest is het te veroordelen er tegen te vechten en dat te doen wat we niet willen, het doden van mensen.
De vraag is, kunnen wel als mensen communiceren en elkaar bereiken, wanneer we het over een overleg hebben tussen twee landen of twee groepen?
zijn we al niet te ver van elkaar verwijderd wanneer we spreken over vluchtelingen, werklozen en uitkeringstrekkers. Beseffen we nog wel dat we het over mensen hebben wanneer we spreken over crediteuren en debiteuren. Bestaat er nog wel gelijkwaardigheid in het mens-zijn wanneer je spreekt over directeuren en arbeiders? Kunnen we elkaar nog wel vinden als mens wanneer we spreken over dat iemand slecht kan zijn?
Allemaal vraagtekens die stel of iets werkelijkheid kan worden met dat wat nu is ofdat het abstractie blijft dat we elkaar kunnen bereiken.