- "De grootheid van een kunstenaar laat zich niet afmeten aan de 'schone gevoelens' die hij opwekt: dat mogen de vrouwtjes geloven. Maar aan de graad waarin hij de grote stijl benadert, waarin hij in staat is tot de grote stijl. Deze stijl heeft dit met de grote hartstocht gemeen, dat hij versmaadt te bevallen; dat hij vergeet te overreden; dat hij beveelt; dat hij wil... Over de chaos meester worden, die men is; zijn chaos dwingen, vorm te worden: logisch, eenvoudig, ondubbelzinnig, wiskunde, wet worden—: dat is hier de grote ambitie. Met haar stoot men af; niets prikkelt meer de liefde tot zulke geweldmensen—een woestenij ontstaat rondom hen, een zwijgen, een vrees als voor een groot vergrijp... Alle kunsten kennen zulke ambitieuzen van de grote stijl: waarom ontbreken ze in de muziek? Nog nooit heeft een musicus gebouwd zoals die bouwmeester die het Palazzo Pitti schiep... Hier ligt een probleem. Behoort de muziek wellicht tot die cultuur waarin het rijk van iedere soort geweldmens al ten einde ging? Zou ten slotte het begrip grote stijl al in tegenspraak zijn met de ziel van de muziek,—met de 'vrouw' in onze muziek?...
Ik beroer hier een kardinale vraag: waartoe behoort onze hele muziek? De tijdperken der klassieke smaak kennen niet iets vergelijkbaars: ze is opgebloeid toen de Renaissancewereld haar avond bereikte, toen de 'vrijheid' uit de zeden en zelfs uit de wensen verdwenen was: behoort het tot haar karakter, Contrarenaissance te zijn? Is ze de zuster van de barokstijl, daar ze in ieder geval zijn tijdgenote is? Is muziek, moderne muziek [dwz. zogenaamde "klassieke" muziek] niet al décadence?..." (Nietzsche, De wil tot macht, sectie 842.)
- "Uw Manfredmeditatie is het extreemste van fantastische extravagantie, het onverkwikkendste en antimuzikaalste dat me sinds lange tijd van aantekeningen op notenpapier in mijn gezicht gekomen is. Meermaals moest ik me afvragen: is het geheel een scherts, heeft u wellicht een parodie op de zogenaamde toekomstmuziek beoogd? Is het bewust, dat u alle regels der toonverbinding, van de hogere syntax tot de gewone spelling, ononderbroken hoont? Afgezien van psychologische interesse—want in uw muzikale koortsproduct is een ongewone, ondanks alle verdwaling gedistingeerde geest te bespeuren—heeft uw meditatie van het muzikale standpunt uit slechts de waarde van een misdaad in de morele wereld. Van het Apollinische element heb ik geen spoor kunnen ontdekken, en wat het Dionysische betreft heb ik eerlijk gezegd meer aan de ochtend ná een bacchanaal dan aan het bacchanaal zelf moeten denken. Heeft u werkelijk een hartstochtelijke drang zich in de taal der tonen te uiten, dan is het onontbeerlijk, zich de eerste elementen van deze taal eigen te maken: een in herinneringszwelgerij aan Wagneriaanse klanken tuimelende fantasie is geen basis voor productie." (Von Bülow, brief aan Nietzsche van 24 juli 1872.)
Mijn favoriete uitvoering van het stuk, en van Nietzsches muziek überhaupt, is die van Dietrich Fischer-Dieskau.
Inmiddels heb ik wat Nietzsche "de 'vrouw' in onze muziek" noemt geïdentificeerd als tonale harmonie.
In principe luister ik enkel nog—modale—muziek van vóór grofweg 1600. Een aantal huidige favorieten:
- ensemble De Organographia, Music of the Ancient Greeks. Voorbeeld: https://www.youtube.com/watch?v=alrVx6K9C4k
- Christopher Wilson, Early Venetian Lute Music: https://www.youtube.com/watch?v=E2zbAO5_jCE
- Vox Vulgaris, The Shape of Medieval Music to Come. Voorbeeld: https://www.youtube.com/watch?v=WM22U4BERGI
- Mediæval Bæbes, Undrentide. Voorbeeld: https://www.youtube.com/watch?v=Zwte6ctamMU
- Ensemble Unicorn, Music of the Troubadours. Voorbeeld: https://www.youtube.com/watch?v=0_W66q3HdJA (hetzelfde nummer als dat van de Bæbes, maar in een totaal andere uitvoering.)
- Ensemble Gilles Binchois, Le Jugement du Roi de Navarre. Voorbeeld: https://www.youtube.com/watch?v=-o8rvohmP74