Peter Sloterdijk (sferen I) en anderen halen hier ook nog de ervaringen van de foetus in de baarmoeder bij.
Om die ervaringen invoelbaar te maken wordt vaak gebruik gemaakt van mythen, mystieke literatuur, theologie en literatuur.
Bijvoorbeeld de mythe van Oedipus, Theseus en Ariadne, de Odysseus, maar ook andere kunstvormen.
Andersom werpen pogingen om de vroege ervaringen te begrijpen weer licht op die produkten van kunst en religie.
En ook op religieuze ervaringen, meditatie-ervaringen en andere boven- of buitenzinnelijke ervaringen.
Hieronder vier kenmerken van de laatstgenoemde ervaringen en hoe die mogelijk in verband te brengen zijn met vroege buitenzinnelijke ervaringen.
Voor de geboorte (vaag of buiten zintuiglijk)
Ervaring van eenheid:
In de periode van groei in de baarmoeder als nog geen zintuigelijke prikkels tot de foetus doordringen.
Rechtstreekse ervaring van gevoed worden door het bloed van de placenta.
Gewichtloos zweven in het omhullende vruchtwater. (Oceanische gevoelens).
Gedeeltelijk bijvoorbeeld nagebootst door iemand afgesloten van zintuiglijke prikkels in een tank met water te leggen.
Meditatie lijkt me ook een techniek om dit opnieuw te ervaren of te herinneren.
Ervaring van immanentie.
Of opgenomenheid met het andere of de ander/Ander.
Nog geen ervaring van verschil tussen object of ander subject of Subject. (Nobject):
Opening van een psychische ruimte met twee polen: Daar en hier.
In-zijn samen met een 'ook' of 'met' (ervaring van de placenta als begeleider, die voedt, doet groeien en beschermd.)
Gevoel als in een grot zonder buiten of uit/ingang.
Zintuigelijk:Vage aanwezigheid van placenta en druk van vruchtwater.
Tijdloos. Directe bereikbaarheid van nobject (altijd aanwezig in tijdloosheid of eeuwigheid).
Deze ervaring in de baarmoeder met begeleider is de twee-éénheid of dyade.
De mystieke ervaring van eenwording met God of kosmos/natuur; of met een liefde van minnaar en Dame, Romeo en Julia, etc.
Ervaring van transcendentie:
Bewustwording van geluid buiten de baarmoeder vooral van moeder via resonantie met haar botten.
Dit nieuwe zintuiglijke medium roept het bewustzijn van een buiten op: Sirenenzang die naar buiten lokt en geboorte voorbereid. Voor een stuk dus een tussenfase waarin een eerste verbreking van de eenheid van de dyade plaatsvindt, maar ook een overstijging.
Uitwisseling van eigen ik met het Ik van Christus. Het buiten jezelf raken in roes of rituelen. Elke vorm van opoffering.
Ervaring van het sublieme, kunst etc.
Na de geboorte (begin zintuiglijkheid)
Religieuze ervaring:
Verlies van bloeduitwisseling door het afbinden van de navelstreng.
Vergelijkbaar met het verhaal van de verdrijving uit het paradijs.
Overdracht op nieuwe media en overdracht van de situatie van de oude dyade op de moeder als nieuwe pool.
De begeleider (placenta) verdwijnt en een wederverbinding (religie) in een nieuwe dyade moeder-kind komt tot stand.
De nieuwe media zijn: lucht -> ademhaling ->geur; en: warmte en voeding ->smaak
Zolang geen derde persoon of andere objecten afleiden blijft deze nieuwe twee-éénheid in stand.
De religieuze vergelijkbare ervaring komt pas op als deze nieuwe dyade verbroken wordt door derden en velen, het zelfbewustzijn en de duidelijke afscheiding van de fantasie van de objectieve buitenwereld van dingen.
In de religie wordt dan een - aan de overgang van oude naar nieuwe dyade analoge - weg gezocht naar hereniging.
Die kan dan naar het hiernamaals verplaatst worden of bestaan uit het stichten van een sekte of kerk, of een persoonlijke band met God in geloof, etc.
Ik denk ook aan ademhalingsoefeningen bij Hatha Yoga en aan de betekenis van het midden van de mens (dus het teken van de navel) en de zonnevlecht in de chakra-leer.
.........................................................
Het idee is dus dat bijzondere ervaringen in verband zijn te brengen met het onbewuste van de psycho-analyse en andersom.
De vroege ervaringen zijn dus ook heel goed te interpreteren als betrekking hebbend op een werkelijkheid die ontoegankelijk wordt met het volwassen worden. En de pogingen om bijzondere ervaringen op te wekken als onbewuste drang om opnieuw door te breken naar die werkelijkheid.
Ook te denken valt aan Sokrates die zich filosoof zijn voorstelde als vroedvrouw die opnieuw bij anderen hun verloren gegane herinneringen aan het voorgeboortelijke weer opnieuw doet helpen geboren worden.
............................................................
Peter Sloterdijk over de placenta in Sferen I:
Het zou echter al te ver voeren om te beweren dat de placenta tegenwoordig bij het vuilnis, zij het ook het recyclebare, beland is. Het orgaan dat ons erop voorbereidt vanaf twee te tellen en van daar naar hier te komen, zal in de nieuwe wereld van de niet-begeleide enkelingen in feite officieel nooit bestaan hebben. Zelfs met terugwerkende kracht wordt het subject nog geïsoleerd en ook in zijn prenatale Zijn tot een eerste zonder tweede toebereid. Veel tekenen wijzen erop dat het individualisme zich pas echt kon doorzetten toen in de tweede helft van de achttiende eeuw de algemene klinische en culturele excommunicatie van de placenta een aanvang nam. De officiële medische stand voelde zich geroepen om er als een soort gynaecologische inquisitie op toe te zien dat het geloof in het alleen-geboren-worden stevig verankerd werd in alle theorievorming en beleving. Het burgerlijk-individualistische positivisme zorgde ervoor - dwars tegen de zwakke weerstand van de zielspartner Romantiek in - dat de radicale denkbeeldige celstraf van de individuen in de moederschoot, in de wieg en in de eigen huid meedogenloos werd doorgevoerd.
Van hun partner beroofd vallen nu alle individuen direct aan de moeders en meteen daarna aan de totalitaire natie toe, die door middel van haar scholen en legers de geïsoleerde kinderen stevig in haar greep krijgt. Zodra de burgerlijke samenleving wortel schiet, breekt er een tijdperk van valse alternatieven aan, waarin de individuen enkel voor de keuze lijken te staan om ofwel eenzaam aan de boezem van de natuur te zwelgen ofwel zich met hun volksgenoten in collectieve, potentieel dodelijke machtsavonturen te storten. Niet voor niets zien we de meesterdenker van de terugkeer naar de absorberende natuur en naar de pathetische natiestaat, Jean-Jacques Rousseau, als charmant-groteske wachter bij de ingang van de structureel moderne, individualistisch-holistische wereld staan. Rousseau was de uitvinder van de mens zonder vriend, die zich het aanvullende andere enkel kon voorstellen als directe moedernatuur of als directe volkstotaliteit. Met hem begint het tijdperk van de laatste mensen, die zich er niet voor schamen op te treden als producten van hun milieus en als concrete gevallen van sociaal-psychologische wetten. Daarom is de sociale psychologie na Rousseau de wetenschappelijke vorm van mensenverachting.